Welke UTP-kabels heb je nodig?
Als je op zoek gaat naar een netwerkkabel dan kom je vaak op kabelrollen uit en dan is de volgende vraag of je een stugge of soepele UTP-kabels nodig hebt. Er bestaat hierover vaak verwarring omdat de term stug, solid, en soepel, stranded, wordt verward met de buigbaarheid van de kabel. Dit is een onjuiste conclusie want het gaat om de kern van de kabel en niet om de buigbaarheid van de kabel. Hieronder dus een uitleg welke kern je nodig hebt voor je een nutteloze aankoop doet.
Wat is het verschil tussen een soepele en een stugge kern in UTP-kabels?
De termen ‘soepel’ en ‘stug’ hebben betrekking op de kern van de kabel en niet op de fysieke buigzaamheid als je hem beweegt. Elke UTP-kabel bestaat uit vier afzonderlijke aderparen, wat je het beste kunt zien als je de mantel stript. Al de afzonderlijke aderparen hebben ook een eigen mantel en heeft verschillende kleuren. In deze aderparen zit uiteindelijk de koperbedrading waarover de signalen worden verzonden en daar zit het verschil tussen een soepele of stugge kern.
Bij een soepele kern in UTP-kabels dan bestaat één aderpaar uit hele dunne koperdraadjes, terwijl bij een stugge kern er sprake is van één enkele koperdraad. De standaard is dat het oranje aderpaar van een kabel is met soepele kern en een wit aderpaar een kabel is met stugge kern.
Als je de UTP-kabel buigt met de hand zal je dus amper verschil merken tussen het type kern. De buigbaarheid is namelijk aan de buitenzijde hetzelfde, omdat de termen betrekking hebben op de draden in de kern.
Wanneer gebruik je welke UTP-kabel?
Als je aan beide zijde van de kabel connectoren gaat monteren, dan heb je een soepele UTP-kabel nodig. Dat komt omdat de geleider van de connector de informatie volledig door de kabel heen stuurt voor de juiste informatievoorziening. Doordat er puntmesjes zijn dit door de vele kleine draden goed geregeld worden. Als er één draad zou zijn dan kan het zijn dat niet alle informatie goed wordt overgebracht.
Een stugge kabel kun je gebruiken als er een LSA-strook gebruikt wordt omdat dit een betere verbinding geeft. Doordat er maar één draad is in stugge UTP-kabels is de hechting en dus de verbinding beter. Eigenlijk kun je zeggen dat als er met een LSA-strook gewerkt wordt, ongeacht wat er aan de andere zijde gebeurd, is een stugge kern aan te raden voor de beste informatieoverdracht.
UTP-kabels kun je dus op verschillende manieren toepassen als je gebruik maakt van alleen connectoren of van een LSA-strook. Het is verstandig om vooraf een overwogen keuze te maken, zodat je geen kabelrol koopt waar je uiteindelijk niets aan hebt. Als je een rol hebt liggen en je twijfelt kun je kijken naar het oranje of het witte aderpaar en anders kun je altijd de draad met een striptang verder strippen om te kijken naar de kern zelf. Als er kleine losse draadjes zijn heb je een soepele kern en als het één koperdraad is, dan heb je een stugge kern in je handen.
